In 2000 presenteerde Estée Lauder Intuition. Daarvan is me altijd één ding bijgebleven: het werd naast alle ‘intuïtieve’ en typische vrouwelijke ingrediënten gepresenteerd als een ‘huideigen’ parfum.

12:08 - 07:17
luistertijd 12:08 - leestijd 07:17

In 2000 presenteerde Estée Lauder Intuition. Daarvan is me altijd één ding bijgebleven: het werd naast alle ‘intuïtieve’ en typische vrouwelijke ingrediënten gepresenteerd als een ‘huideigen’ parfum. Dat wil zeggen: het intieme en dus bescheiden parfum rook naar de warmte en sensualiteit van een vrouwenhuid. Ik dacht toen: meer marketing dan geloofwaardig. Deze – nieuwe – kijk op geuren werd toen niet echt begrepen door beautyjournalisten, niet door consumenten. Nu wel, naar het laat aanzien, want onder aanvoering van Estée Lauder met Sensuous Nude, lijken ‘huideigen’ parfums een doorstart te maken. Maar wat moet je je hier eigenlijk bij voorstellen?

Uitdrukking van sensualiteit

Sensuous Nude is volgens het cosmeticahuis “haar meest persoonlijke, intieme en ongecompliceerde uitdrukking van sensualiteit.” Dat is logisch want “bestaat er iets sensueler, aantrekkelijker of onweerstaanbaarder dan een vrouw die lekker in haar vel zit?” Even terzijde: ik zeg ja; een vrouw die vanzelfsprekend een ‘pittig’ en geprononceerd parfum draagt.

Verder meldt het persbericht: “Sensuous Nude is gemaakt om te bestaan en te ademen op een blote huid. Ervaar een nieuwe dimensie in sensualiteit van parfum net zo persoonlijk en intiem als je huid.”

Klinkt allemaal verdomd cliché, maar in dit geval verdomd waar. Vind je dit toch te plat en te veel marketing? Op een meer filosofisch niveau voegt Karyn Khoury – hoofd parfumontwikkeling bij Lauder – toe: “Moderne sensualiteit is intiem, comfortabel en ongecompliceerd. Het vloeit voort uit het idee dat de huid toegang geeft tot de diepste zintuiglijke belevenissen. De intimiteit bij het aanraken en de connectie met de blote huid geven een versterkte, meer persoonlijke dimensie aan deze momenten, waardoor we dieper kunnen voelen en ervaren.”

Intiem verbond

Tja. Dat moet je de parfumindustrie nageven: hoe gelikt ze een gevoel, een stemming, een emotie onder woorden kan brengen waarvan je nog niet wist dat je ‘het in je had’, maar die door een goede campagne wordt aangepraat. Ik, als man – en dat wil toch wat zeggen – val voor deze ‘huideigen’ benadering. Het idee dat een geur je eigen ‘huididentiteit’ versterkt en een intiem verbond met je aangaat. Hoe roep je dit op?

Eigen aan ‘huideigen’ parfums is dat je eigenlijk weinig ruikt, slechts een bescheiden sensatie. Maar om tot dit subtiele resultaat te komen, moet door de neuzen hard gewerkt worden, want de geur moet wel blijven hangen. Zo mag de opening niet een uitbarsting zijn van citrusvruchten, maar eerder een bescheiden zuchtje.

Dat ervaar je mooi in Sensuous Nude: de bergamot en mandarijn in combinatie met roze en zwarte peper is streng gedoseerd, ze gaan als het ware in elkaar op, ‘ontkrachten’ elkaar. In het hart vormen jasmijn en lelietje-van-dalen een frisbloemig duo dat een ‘huidtoets’ krijgt door kokoswater (waardoor hun uitbundigheid wordt getemperd), op smaak gebracht met honing en musk: het huideffect is geboren en wordt versterkt door een bijna ‘onzichtbare’ sensuele basis ‘warm sandelhout, gloeiend amber’ en het kenmerk van alle Sensuous-geuren: de melted woods natureprint. Ofwel mannelijk hout ‘vrouwelijk gemaakt’, versterkt door vanillezoet en poederzacht heliotroop en vanille.

Een andere omschrijving voor huideigen parfums is ‘second skin’. Een dun geparfumeerd laagje die je over je huid legt.

Melkachtig en rokerig

Een geur die al langer, maar er zich feitelijk niet van bewust was, een huideigen aroma verspreidt: Bvlgari’s Jasmin Noir uit 2008. Dit intieme gevoel bereikt een hoogtepunt in de nieuwe versie Mon Jasmin Noir L’Essence (2011). Elegant en verfijnd is-ie zeker: niche in de ketenparfumerie. Bergamot staat bekend als fris, maar nooit te, door de bloemige ondertoon. Dat ruik je mooi in de opening van Jasmin Noir L’Essence, pittig vergezeld door roze peperkorrel. Die linkt – even elegant en verfijnd – met jasmijnabsolue in het hart: donker, zwoel, zoet, intens en zacht. En dat komt op conto van ‘satijnamandel’, ofwel amandel omhuld door cashmeran (combineert de zachtheid van kasjmier met een intens hout-akkoord) en het ingrediënt dat volgens mij Jasmin Noir L’Essence onderscheidt van Jasmin Noir: melkachtig en rokerig mirre.

Nu een vraag: wat is de link tussen een bed dat een week niet is verschoond en een vrouw? In Frankrijk, zo gaat de mare, vindt de Fransman dat de tweede naar de eerste moet ruiken. Ofwel intimiteit in zijn puurste vorm, een geur die je – hopefully? – alleen deelt met je partner. Daar komt dus ook een dierlijke, animale dus beetje ‘viezige’ noot bij kijken.

Vroeger was dat eerder regel dan uitzondering: toen werden dierlijke grondstoffen – musk, civet, ambergris – nog puur in parfums verwerkt, alleen zijn die sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw er steeds meer verplicht uitgezeeft en vervangen door synthetische alternatieven die helaas deze erotische lokstoffen niet helemaal natuurgetrouw kunnen kopiëren. En sinds we in de ban zijn van clean en frisgewassen – zie het succes van de ‘ontharingssalons’ voor vrouw en man – worden de meeste geuren ondersteund met witte musk. Dat ruikt niet naar ‘dier’ maar naar schoon wasgoed net uit de wasmachine.

Onbestemd maar geprononceerd

De ‘huideigen’ parfums gaan tegen deze stroom in. Sensueel, maar altijd bescheiden, altijd op de achtergrond. Daarvan getuigen dit seizoen ook Givenchy’s Dahlia Noir en Guerlains Shalimar Parfums Initial (2011). De neus François Demachy koos bij Dahlia Noir voor een traditionele visie op vrouwelijkheid. Dit wellicht om het ‘buitenaardse’ neo gothic-model neigend naar anorexia toegankelijker te maken. Hij vertaalde dat in een parfum met ‘een gulle, beschermende sentimentele kwaliteit en een moederlijke zachtheid’. Ofwel een bloemige neo-chypre met houtig-poederige ondertoon. Om direct intiem te worden, is er geen klassieke citrusopening. Heel even een ‘whiff’ van mandarijn die ik niet echt waarneem. Demachy brengt Dahlia Noir tot leven met drie bloemen. De roos: vanwege haar ultieme vrouwelijkheid. Mimosa: vanwege zijn donzige zonnige zachtheid. De iris: vanwege de poeder- en talkachtige toets. Een elegante combinatie: de mimosa en iris gaan harmonieus samen, en de roos geeft een vrouwelijke toets aan het bloemige geheel. En toch: het is meer een onbestemd idee van bloemen, dan een klassiek, geprononceerd bloemenakkoord. Dit trio wordt in de basis zacht en intiem ondersteund door sandelhout, patchoeli, vanille en tonkaboon.

Ik vind Shalimar Parfum Initial van Guerlain ook ‘typisch’ huideigen. De inspiratie vind ik wel erg marketing-gedreven. Want zou het waar zijn? Een nichtje (die blijkbaar anoniem wenst te blijven) van Guerlains ‘hoofdneus’ Thierry Wasser vond Shalimar ‘fascinerend’, maar was tegelijkertijd een beetje geïntimideerd door het historische meesterwerk. Dus vroeg ze oompjelief een Shalimar alleen voor haar te creëren. Zo geschiedde. Jammer voor haar, want haar ‘privéparfum’ moet ze vanaf nu dus delen met generatiegenoten die ook verlangen naar lichtere, meer toegankelijke versies van ‘zware’ meesterwerken.

Alchemie

Wasser over Shalimar Parfum Initial: “Een echte uitdaging om na 85 jaar Shalimar aan te passen aan de tijd, zonder het van zijn karakter te beroven en met handhaving van de alchemie die het zo aantrekkelijk maakt. Ik moest het lichter maken zonder het te verwerpen, overzetten zonder het te verraden. De toekomst bedenken en tegelijk het verleden in ere houden.” Om de huideigen sensatie van Shalimar Parfum Initial te ondergaan, moet je die eerst alleen ruiken en vervolgens vergelijken met Shalimar. Het effect: een merkwaardige. Dat zit namelijk zo: Shalimar Parfum Initial ruikt aangenaam, heeft iets ondefinieerbaars verfijnd, is als een beige kasjmierdeken. Alleen ik associeer het niet direct met Shalimar. Pas als je aan dé Oosterse klassieker van de twintigste eeuw hebt geroken, herken je de overeenkomsten.

Alle fetish-ingrediënten van het huis zijn in Shalimar Parfum Initial present. In de opening fris-bloemig bergamot (fetish), begeleid door karamel (voor de jonge meisjes van nu) en gekonfijt fruit (voor de jonge meisjes van nu). In het hart centifoliaroos (fetish) en ‘oneindig zachte’ iris (fetish) in de basis ondersteund door vanille (fetish), ‘snoeplustopwekkende’ tonkaboon (fetish) en patchoeli.

Wat ontbreekt is de leerachtige en hars-amberachtige noot die Shalimar iets dierlijks en mystieks geeft. Hiervoor in de plaats een zacht, bepoederde ‘ambersluier’ die, zoals alle ‘huideigen’ parfums, bescheiden en intiem zijn nuances verspreidt.

Ook de nieuwe eau de toilette-versie van Thierry Muglers Angel Eau de Toilette valt voor mij in de ‘tweede huid’-categorie. Toch knap: hoewel anders, ruik je toch, zij het bescheiden, de kenmerkende gourmand-patchoelie-combinatie van Angel. Dat wil niet zeggen dat er sprake is van een lichtere versie. Angel verandert van toon door twee ingrediënten die het de laatste jaren erg goed doen in geuren: roze peper (geeft Angel pit) en witte musk (dompelt Angel onder in een coconachtige zachtheid) wat nog eens versterkt wordt door cederhout.

Dierlijk

Wil je ‘huideigen’ ruiken, maar niet al te bescheiden, wil je ‘het dierlijke hart dat in je klopt’ extra laten pulseren, neem dan parfums waarin met natuurlijke ingrediënten vol overgave naar de ‘lokroep van de jungle’ wordt geluisterd. Prachtig voorbeeld: Maison Francis Kurkdjian Cologne du Soir Absolu (uit 2010): bezoïne, komijn, cederhout en ylang-ylang laten je huid ‘zwoel-animaal’ vibreren. Op een meer abstract niveau doet dat Geste (2009) van Humiecki & Graef gemaakt voor de ‘rijpe’ vrouw die er een jonge lover opnahoudt. Direct word je getrakteerd op een volle laag van amber- en musknoten die een warm, behaaglijk gevoel geven. Vervolgens ontluikt het viooltje. Die ruikt niet zoals gewoonlijk puur en onschuldig, maar vol én stoffig. Dat laatste bedoel ik positief; ik moet aan de geur denken van oude fluwelen toneelgordijnen die door de jaren heen allerlei geuren in zich hebben opgenomen: sigarettenrook, parfums en ‘bloemenhuldes’. En ondertussen blijft het viooltje maar ‘doorgeuren’, door toevoeging van een ‘bloemige’ noot en groenig dennenhars. Warm, zacht, zoet en intiem.

De neus voor wie parfum direct en vanzelfsprekend een intiem verbond aangaat met de huid is Mona di Orio. Haar Nuit Noire uit 2006 roept met name door de basis van amber, musk, tonkaboon en leer een civet-gevaarlijke illusie op. Heel ‘huideigen’ is haar Carnation (2006). Het – what’s in a name – betekent: ‘kleur, complex van de huid’ en is als een intieme ‘tweede huid’ gemaakt van zijde (bloemen) en suède (amber, vanille, hout).

Hoe zit het met de man en ‘huideigen’ geuren? Een beetje kerel met een beetje eigenzinnige smaak laat zich niet leiden door het etiket ‘pour homme’ of ‘pour femme’, maar door zijn intuïtie: hij koopt wat hij lekker vindt, laat zich niet verleiden door een campagne.

Maar zoals Evelyn Lauder bij de introductie van Intuition for Men in 2002 zei: “Veel mannen beschikken over intuïtie, alleen weten ze het nog steeds niet te vinden.” Zou dat komen omdat veel mannen bang voor hun emoties zijn – als je de ‘betere’ glossy moet geloven – of is het dat ze geur nog steeds puur als iets ‘voor erbij’ zien, niet als een essentieel onderdeel dat hun karakter kan onderstrepen en waardoor ze zich prettig en daardoor nog zelfverzekerder voelen. Voor de twijfelaars die niet al te veel moeite willen doen: intiem, ‘huidachtig’ en toch heel macho (en niet al te duur): Labdanum van L’Occitane in de serie Voyage en Méditerranée.

Lees hieronder meer parfumverhalen van Erik Zwaga.

Lees ook