Wat is het?
Jasmijn wordt terecht ‘de bloem der bloemen’ genoemd. Dat mag ook wel met zo’n naam: het Perzisch woord yasmin betekent ‘geschenk van God’. Jasmijnbloemetjes zijn meestal wit, klein en stervormig.
Oorspronkelijk groeide de bloem in de bergen van India. Waarschijnlijk is het daarna naar Noord-Afrika en Spanje geïmporteerd zodat de bloem uiteindelijk in de 16de eeuw in Grasse terecht is gekomen. De eerste gecultiveerde plantages van jasmijn stammen uit de 17de eeuw. Aan het einde van deze eeuw was jasmijn volop in Grasse te vinden en werd het een heel belangrijk ingrediënt in de parfumerie, met name doordat jasmijnolie toentertijd vooral werd gebruikt om (de anders minder plezierig riekende) leren handschoenen te parfumeren. . Tegenwoordig komt de meeste productie van jasmijn uit India en Egypte. Verder komt het uit China, Italië en Turkije.
Jasmijnbloemen zijn er in meer dan 200 soorten. Vele soorten kom je in tuinen en parken tegen.
In de parfumindustrie worden vooral twee soorten jasmijn gebruikt:
- De grandiflorum – meest gebruikt in parfums: is vol en mild van geur met vele facetten als bloemig, fruitig, dierlijk, poederig, groen –
- De sambac (ook bekend als Arabische jasmijn of Pikake) – is voller, kruidiger en meer musky dan Grandiflorum, ruikt mysterieuzer en exotischer.
De tere bloemblaadjes moeten voorzichtig en 1 voor 1 met de hand (!) voor zonsopgang geplukt worden om daarna meteen verwerkt te worden. Als je er te lang mee wacht om het te verwerken is de geur voor een groot deel verdwenen. Een ervaren plukker kan in een ochtend 3 kg bloemblaadjes plukken. Voor 1 kg olie heb je 9 miljoen bloemblaadjes nodig! Met andere woorden: 8000 voorzichtig met de hand geplukte individuele bloemetjes leveren 1 gram jasmijn absolue! Zo begrijp je ook direct waarom de olie zo kostbaar is…
De miljoenen jasmijnblaadjes belanden in een grote ketel, waar de jasmijnolie wordt verkregen door solvent extractie (extraheren met behulp van een oplosmiddel).
De beste tijd voor de oogst is tussen juni en oktober, met als topmaanden juli en augustus. Als je in Grasse bent in deze maanden, mis het niet!
Hoe ruikt het?
Jasmijn ruikt bloemig, fruitig, dierlijk, poederig en rijk.
Het kan soms bijna bedwelmend ruiken; zeker niet lieflijk of bevallig, maar juist dierlijk en wulps. Dit komt mede door de indol, een geur-ingrediënt dat van nature in jasmijnolie aanwezig is. Pure indol (als je dit isoleert van de rest van de jasmijnolie) ruikt zwaar en sterk, bijna naar teer en asfalt.
Waar wordt het voor en in gebruikt?
Jasmijn is een heel belangrijk ingrediënt in de parfumindustrie.
Daar waar jasmijn de King of Flowers wordt genoemd, is de roos de Queen of Flowers. De combinatie roos en jasmijn is een favoriete combinatie voor vele parfumeurs.
Letterlijk duizenden parfums zijn er te noemen waar jasmijn in wordt gebruikt. Enkele mooie creaties, waar jasmijn bijzonder expliciet naar voren komt:
Joy van Patou (1930), Jasmin Noir van Bulgari, Nuda van Nasomatto, Tendre Jasmin van Yves Rocher, Jasmin de Nuit van The Different Company, Jasmin Rouge van Tom Ford.
Behalve in parfums wordt jasmijn vooral in Azië ook gebruikt in voedselindustrie. Als geurende smaakstof in eten en thee.
Ga hier naar het parfumwoordenboek.
