Natuurlijk voldoen verzorgingsproducten aan de Europese Cosmeticaverordening, waarvan de spelregels in juli 2013 weer zijn aangescherpt. Toch wekken de ‘regels’ en ‘voorwaarden’ die nodig zijn voor het gebruik van bepaalde stoffen, wantrouwen bij mij. Ik wil gewoon weten of bewezen veilig écht veilig is.
Gewone zeep, crèmes en shampoos met mogelijk toch schadelijke stoffen? Je hoort er vaak over in de media en eigenlijk steeds vaker. Stoffen als parabenen, BHT, benzoëzuur en ook retinol (provitamine A – betà-caroteen)…
Wat is veiligheid?
Ik blijf er maar mee bezig: zijn ze echt veilig, of niet? In wiens belang is de veiligheid? Het vergt enig bureau-onderzoek om het een en ander te weten komen over de veiligheid van verzorgingsproducten. Ik blijf waakzaam en ik neem niet alles klakkeloos aan, over hetgeen wordt gepretendeerd door de industrie. De fabrikant/importeur moet immers zelf bewijzen of iets veilig is. In wiens belang is veiligheid dan?
Garantie
‘Fabrikanten garanderen de veiligheid van cosmetica door een zorgvuldige keuze van grondstoffen en gericht veiligheidsonderzoek’, vermeldt de Nederlandse Cosmetica Vereniging. ‘Zo zijn er regels gesteld aan de ingrediënten van cosmetische producten. Een aantal stoffen is verboden, andere mogen slechts beperkt en onder voorwaarden worden toegepast.’
Stapelen
Ondanks dat stoffen verboden worden en regels gelden, dringt zich toch een worstcase scenario aan mij op. Stel je eens voor. Stoffen die door de huid dringen en die kunnen worden opgeslagen in het lichaam. Het is een vreemde gedachte en aan de andere kant niet zo gek, want dat ‘stapelen‘ mogelijk is, blijkt uit onderzoek met betrekking tot pesticide.
Een aantal soorten wordt niet door het lichaam afgebroken of afgescheiden. Vaak is vet hierbij het ideale transportmiddel en zo nestelen stoffen zich in je bindweefsel. Over de risico’s is tot nu toe weinig bekend, hoewel Europabreed de campagne Sick of Pesticides loopt van Health and Environment Alliance (HEAL). Er bestaat dus wel degelijk risico.
Food vs Beauty
De voedselindustrie is niet geheel te vergelijken met de cosmetica-industrie natuurlijk, terwijl sommige E-nummers wel in potjes cosmetica verdwijnen natuurlijk. Bijvoorbeeld Parabenen (E214, E215, E218 en E219) en Benzoëzuur (E210) en provitamine A – betà-caroteen (E160). Hier wringt naar mijn idee ook de schoen. Ik stelde daardoor eens vragen aan een docent van de Universiteit in Wageningen over de mogelijkheid tot stapelen met betrekking tot E-nummers. Dit ging op voor stoffen die vet-oplosbaar zijn, bijvoorbeeld de vitaminen A,D,E en K. Stoffen die wateroplosbaar zijn verlaten het lichaam heel wat makkelijker..
Parabenen
Nu blijken parabenen (alkylesters van para-hydroxybenzoëzuur) – net zoals Benzoëzuur en vitaminen – ook weinig oplosbaar in water, schrijft een masterstudent Lode Asselman in haar afstudeerthesis voor de Universiteit van Gent Faculteit Farmaceutische Wetenschappen. Reden te meer om mij zorgen te maken, ondanks dat beide industrieën de verplichting hebben zich aan een toegestane – minieme – hoeveelheid van bepaalde toevoegingen te houden. Alleen wat heeft een restrictie voor zin, mocht de kans op stapelen bestaan, voor stoffen gebruikt in cosmetica?
Better safe..
Stel je voor, we smeren en wassen ons twintig tot veertig jaar suf met producten waar mogelijk schadelijk stoffen inzitten. Sommige stoffen, die mogelijk schadelijk zijn, hechten zich liever aan het vetweefsel…
Deze stoffen stapelen, waardoor schade of ziekteverschijnselen ontstaan en waarna bijvoorbeeld kanker of onvruchtbaarheid wordt geconstateerd? Ik koop om die reden gewoon producten die vrij zijn van schadelijke stoffen en tegelijk wil ik voorstellen om de cosmeticaverordening nog verder aan te scherpen. Better safe than sorry, toch?