Mick breekt een lans voor zijn orgaan

05:12 - 03:07
luistertijd 05:12 - leestijd 03:07

Mick’s column: Het piemeltje van Micky is slim

Nu ik zo hard train en de kilo’s eraf vliegen, waardoor er steeds meer lucht uit mijn ballonbuik loopt, heb ik voor het eerst in tijden weer zicht op wat er tussen mijn benen hangt. Of ik daar gelukkig mee ben, is een tweede.

Toen ik werd geboren in 1956 hadden twee zingende zusjes uit Limburg, genaamd de Selveira’s, een hitje met het lied ‘Dat Torentje van Pisa’. Het begon aldus: ‘Waarom staat hij toch zo scheef, dat torentje van Pisa.’ Mijn moeder, zangeres in die jaren en danig in haar sas met de pasgeborene, maakte daar haar eigen tekst op en zong dan voor me: ‘Wat staat ‘ie toch weer scheef, dat piemeltje van Micky.’ Als baby kirde ik dan van plezier.

Toen ik een jaar of zes was, zong ze het nog steeds voor me en toen moest ik er toch beduidend minder om lachen. Waarschijnlijk had ik toen al een soort van voorgevoel dat het nooit wat zou worden met het piemeltje van Micky.

 

Een lans breken voor mijn orgaan

In onrustige toestand schijn ik best wel wat in huis te hebben, tenminste: ik hoor er geen geklaag over en mijn lief is tamelijk recht door zee. Maar goed, ik heb het er al eerder over gehad op BeautyJournaal, dus over het gebrek aan lengte wil ik het nu even niet hebben.

Nee, ik wil juist een lans breken voor mijn geslachtsorgaan, dat vreemd genoeg onzijdig is grammaticaal en wiens daden blijkbaar wel groot zijn, getuige twee artikelen die ongeveer gelijktijdig tot me kwamen (ik zie nu in elke zin een dubbelzinnigheid schuilen, jij ook?).

Op de site van het Amerikaanse Reader’s Digest las ik een artikel met de onwijs lange kop ‘Here’s How Many Times Men Need to Ejaculate to Prevent Prostate Cancer (Hint: It’s a Lot!)’ Uit het stuk bleek dat onderzoekers hebben ontdekt dat je aan prostaatkanker-preventie doet door veel klaar te komen als man.

Geen ruk om seks geven

Even een paar cijfers. Na 32,000 mannen te hebben gemonitord tussen 1992 en 2010 kwam uit het onderzoek dat mannen die als twintigers tenminste 21 keer per maand een zaadlozing hadden gehad, 19 % procent minder kans kregen op prostaatkanker dan leeftijdsgenoten die 7 keer per maand of minder klaar kwamen. Als je als mannelijke lezer van BeautyJournaal een veertiger bent, is er nog beter nieuws. Veelvuldig ejaculeren vermindert de kans op prostaatkanker met maar liefst 22 procent.

De hoofdauteur van het onderzoek, een zekere Jennifer Rider, vertelde erbij dat een en ander ook te maken zou kunnen hebben met het feit dat mannen die meer masturberen zich fysiek ook fitter en virieler voelen dan mannen die – zo noem ik het maar – af en toe een verplicht nummertje maken en geen ruk om seks geven. Mooi artikel.

Een onderliggend probleem

En of dat niet genoeg bewijs was voor de grote daden van mijn scheve torentje las ik op het AD het stuk ‘De Penis Is De Antenne Van Het Hart, waarin uroloog en seksuoloog Cobi Reisman een eerbetoon aan de pik gaf en het een slim orgaan noemde.

Uit het artikel:

Ook als de penis weigert, is dat bijna altijd een symptoom van een onderliggend probleem, zegt Reisman. Mentale overbelasting. Psychologische klachten. Een hormonale ontregeling. Schade aan de zenuwen. Of bijwerkingen van medicijnen. Voor Reisman is het elke keer een puzzel: wat is er loos?

Boven aan het lijstje staat een in potentie dodelijke aandoening: hart- en vaatziekten. Bij een patiënt met een erectiestoornis en overgewicht is Reisman alert. Als de patiënt ook blijkt te roken, een hoge bloeddruk heeft en weinig beweegt, gaan alle seinen op rood.

Reisman: “De vaatjes die de penis van bloed voorzien, zijn kleiner en smaller dan de vaten die het bloed naar het hart brengen. Vaatproblemen zullen zich vanzelfsprekend eerst bij de kleine bloedvaten manifesteren. Bij de penis dus. Het is een waarschuwingssignaal.”

Alle gekheid op een stokje

Als mijn penis weigert, weet ik wel zeker dat ik een onderliggend probleem krijg. Eentje die me toefluistert: “Zou je niet eens een Kamagra-pilletje nemen?”

Maar alle gekheid op een stokje: nu ik mezelf in vol ornaat kan zien als ik mijn blik naar beneden richt en tot de conclusie moet komen dat het allemaal niet veel om het lijf heeft, denk ik aan deze twee artikelen en kan ik alleen maar een diep respect hebben voor mijn orgaan.

En wat die hint betreft in het Amerikaanse artikel over hoe vaak je moet klaarkomen om prostaatkanker voor te zijn (‘It’s a lot!’) kan ik zeggen dat ik mijn hand er niet voor omdraai.

Je hoeft me maar te roepen en ik kom.

Lees ook